Bij het voornemen over het aantrekken of verwerven van een belangrijk krediet is de voorwaarde ‘belangrijk’ verbonden. Dit hangt samen met de mate van invloed die de kredietverstrekker op de onderneming verkrijgt door zekerheden te verlangen.
Ook een eventuele samenhang van dit besluit met een belangrijke investering (artikel 25, lid 1 onder h.) of een besluit tot overdracht (artikel 25, lid 1 onder a) of overname (artikel 25, lid 1 onder b) van de zeggenschap of het stellen van zekerheid voor een andere onderneming (artikel 25, lid 1 onder j.) maakt het besluit mogelijk.
Aandachtspunten voor de ondernemingsraad:
- Is nut en noodzaak helder voor de ondernemingsraad?
- Over welke zekerheden wordt gesproken?
- Wat is de besteding voor het krediet?
- Wat is de looptijd van de lening en wat zijn de gevolgen voor de exploitatie door aflossings- en renteverplichtingen?
Er kunnen personele gevolgen uit ontstaan wanneer:
- de onderneming zijn aflossings- en renteverplichtingen niet meer kan nakomen en er bezuinigd moet worden;
- het krediet wordt aangewend voor een ander besluit met personele gevolgen.